Een recente studie van onderzoekers van Duke University en Northern Arizona University, gepubliceerd in het tijdschrift PLOS Climate, concludeert dat elektrische voertuigen (EV’s) ondanks hun energie-intensieve productie binnen drie jaar vergelijkbare of lagere CO₂-uitstoot behalen dan nieuwe voertuigen met een verbrandingsmotor. Volgens de analyse is de vijver van voordelen groot zodra de stroomvoorziening steeds groener wordt.
In de eerste twee jaren laat de productie van EV’s – onder meer door de productie van lithium-ion batterijen – ongeveer 30% meer CO₂-uitstoot zien dan een gemiddeld benzinevoertuig. Echter, vanaf jaar drie ‘komen ze uit de straat’, zoals een van de co-auteurs het formuleert: de levensduur van het voertuig zorgt ervoor dat de initiële ‘energiebank’ wordt terugverdiend.
De studie-modelanalyse omvatte vier scenario’s voor EV-adoptie in de VS – van 31% tot 75% van nieuwe verkopen tegen 2050 – en hield rekening met verwachte ontwikkelingen in de elektriciteitsvoorziening (meer wind, zon, minder kolen). Onder deze aannames daalt de CO₂-belasting per geproduceerde kWh batterijcapaciteit met circa 220 kg tegen 2030 en nog eens 127 kg tegen 2050.
De implicatie voor beleidsmakers is duidelijk: het argument dat EV’s nauwelijks beter zijn dan verbrandingsauto’s vanwege de batterijproductie verliest kracht wanneer de complete levenscyclus wordt meegewogen. Volgens de studie bevestigt de data dat EV-transitie een beproefde route is om transportemissies substantieel terug te dringen, mits de elektriciteitsmix groener blijft
Bron: WUNC
